Abstract:
Nicolaus Westendorp (1773-1836) was een dominee in Nederlandse romantische traditie. Zo als veel van zijn collega’s begon hij zijn literaire leven als dichter. Hoewel het dominee zijn altijd zijn hoofd doel bleef werd hij landelijk bekend als oudheidkundige.
Als kind van de Nederlandse Romantiek stond hij met zijn voeten in het Verlichtingsdenken. Oudheidkunde was voor hem een praktische studie waarmee het net ontstane koninkrijk der Nederlanden een stevige basis kon krijgen. Het diende er voor om de vaderlandsliefde van de Nederlanders te vergroten. Via het door hem opgerichte tijdschrift Antiquiteiten ging hij samenwerken met de eerste Nederlandse hoogleraar archeologie Caspar Reuvens (1793-1835). Reuvens doceerde archeologie in de geest van Winckelmann (1717-1768). Ook voor hem was archeologie een praktische studie, het moest er voor zorgen dat het culturele niveau van de Nederlandse elite verhoogd werd.
Westendorp begon zijn oudheidkundig werk vanuit het primaat van de tekst. Gedurende zijn werk raakte hij meer en meer doordrongen van het belang van de vondsten. Via deze kunnen de overgeleverde teksten gecontroleerd en verbeterd worden. Tegen het eind van zijn leven komt bij hem het primaat bij de vondsten te liggen. Hierdoor werd Westendorp, die nooit een schop in de grond gestoken heeft, een van de vaders van de prehistorische archeologie in Nederland.
Contents
I. Tussen Verlichting en Romantiek
II. Hunebedden
III. Een oudheidkundig tijdschrift
V. De Geschiedenis van Groningen
VI. Volksverhalen en Volksgebruiken
VII. Westendorp en de oude aardrijkskunde
Wout Arentzen
Wout Arentzen is een onafhankelijk wetenschapper die zich de afgelopen dertig jaar bezig gehouden heeft met de geschiedenis van de archeologie. Hij verdeeld zijn interesse tussen het middellandse zeegebied gebied en Nederland. Aangezien er nog maar heel weinig aan de geschiedenis van de archeologie in Nederland gedaan is, is zijn interesse in de laatste jaren meer en meer naar dit gebied verschoven.
read more